Wilde Zwijnen
Wilde zwijnen zijn fascinerende dieren. Ze zijn groot, zwaar, erg intelligent en vaak erg koddig om te zien. Een Wild Zwijn mannetje of keiler kan wel 150 kg of meer wegen. Ze hebben lange, indrukwekkende tanden als ze volwassen zijn, die nare wonden kunnen veroorzaken tijdens de gevechten om een vrouwtje. De keilers leven meestal solitair of met één of meerdere jongere mannetjes samen. Behalve in de paartijd (december tot februari). Dan weten ze precies waar de meest aantrekkelijke en bereidwillige dames in het bos te vinden zijn. Keilers zijn niet kieskeurig. Hun dochters zijn ze net lief als andere vrouwtjes. Het paren gaat soms samen met een hoop spektakel: de zeug gilt dan moord en brand.
De zeugen vormen vaak samen een groep, zeker als ze biggetjes van een paar weken oud hebben. Ze zijn heel sociaal en we hebben heel regelmatig waargenomen dat ze voor elkaars biggen zorgen. Ze kunnen tussen de 8 en 12 biggen werpen, en als de condities erg goed zijn, kunnen veel zeugen tweemaal per jaar werpen. Er wordt wel gesteld door biologen dat hoe meer varkens er geschoten worden, hoe meer biggen ze krijgen.
Vlak na de geboorte houdt de zeug haar jongen in een ondiep hol, een ketel. Al vrij snel mogen de kleintjes met haar meelopen, en ze eten al vrij jong van alles mee. De meeste zeugen zullen hun jongen fanatiek verdedigen tegen elke indringer. Zou een loslopende hond achter biggetjes aanrennen, dan is de hond zeker van een aantal vreselijke wonden. Ook als mensen zich te dicht bij de biggen wagen, zal een ervaren zeug zeker aanvallen.
Wilde Zwijnen zijn omnivoren, dus ze eten alles wat ze kunnen vinden, van insecten, wormen, tot bessen, wortels en eikels. Je vind ze niet door heel Nederland heen, zoals reeën, maar kan ze in bepaalde wildgebieden vinden. De meeste wilde zwijnen leven op de Veluwe. De voornaamste reden hiervoor is dat ontmoetingen tussen wilde zwijnen en mensen een behoorlijke impact kunnen hebben. Als een auto een volwassen mannetje raakt, is de auto rijp voor de sloop.
In de winter ziet een wilde zwijn er imposant uit, met zijn borstelige vacht. Ze lijken groter door de uitstaande haren en de goed behaarde grote oren. In de zomer echter zien er vaak een beetje verfrommeld en armoedig uit in hun dunne zomervachtje.
En een enkel wild zwijn kan in één nacht een tuin volledig reorganiseren. Ze zijn echter het makkelijkst voor mensen te zien in wildgebieden. Maar vaker nog zie de aanwezigheid van wilde zwijnen in de bossen: als een pad is omgewoeld kun je er van op aan dat er wilde zwijnen leven. Het omwoelen heeft een belangrijke functie in het bos: ze zorgen er op die manier voor dat de bovenlaag van de bosgrond makkelijker toegankelijk is voor zaailingen van bomen. Wilde Zwijnen laten een sterke, aparte lucht achter, die nog het meeste doet denken aan de geur van Maggi.
Terug